Btw op re-integratietrajecten, outplacement en VNG-factuur volledig compensabel

Afgelopen vrijdag heeft het gerechtshof Den Haag, in navolging van de rechtbank, in een door Caraad Belastingadviseurs gevoerde procedure geoordeeld dat de gemeente Barendrecht de btw die aan haar in rekening is gebracht voor de uitvoering van re-integratietrajecten, volledig kan verhalen op het BTW-compensatiefonds. Ook voor de btw op de kosten van outplacement van een gewezen wethouder en de jaarcontributie van de VNG bestaat volgens het gerechtshof een volledig recht op compensatie.

Casus

De inspecteur heeft een boekenonderzoek ingesteld bij de gemeente Barendrecht op basis van een steekproefonderzoek naar de jaren 2008 en 2013. De resultaten van het onderzoek van het jaar 2008 heeft de inspecteur geëxtrapoleerd naar de jaren 2007, 2009, 2010 en 2011. De resultaten van het onderzoek van het jaar 2013 heeft de inspecteur geëxtrapoleerd naar het jaar 2012. De gemeente werd hierdoor geconfronteerd met aanzienlijke correcties.

De inspecteur nam het standpunt in dat de gemeente geen recht op een bijdrage uit het BTW-compensatiefonds (BCF) had voor de btw die drukte op het laten uitvoeren van volledige re-integratietrajecten in het kader van de Wet werk en bijstand en voor de btw op kosten van outplacement voor een gewezen wethouder. Tevens was de inspecteur van mening dat de gemeente de btw op de jaarcontributie van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) niet volledig kon compenseren, maar dat de btw via het mengpercentage moest worden verhaald.

Rechtbank

De gemeente Barendrecht kon zich niet vinden in de correcties die de inspecteur had opgelegd en ging in beroep bij de rechtbank Den Haag. Onder verwijzing naar een uitspraak van het gerechtshof Den Haag uit 2013 oordeelde de rechtbank dat de gemeente voor de re-integratietrajecten een volledig recht op een bijdrage had uit het BCF. De btw op de kosten van de outplacement was volgens de rechtbank niet compensabel. De rechtbank oordeelde tevens dat extrapolatie van de resultaten naar de andere jaren niet was toegestaan.

In ons nieuwsbericht van december 2017 hebben wij aandacht besteed aan deze uitspraak van de rechtbank.

Hoger beroep

De inspecteur was het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en ging in hoger beroep. In hoger beroep betwistte de inspecteur de oordelen van de rechtbank over de re-integratietrajecten en de extrapolatie. De gemeente stelde in hoger beroep alsnog de compensatie van de btw op de outplacementkosten van de gewezen wethouder, en de (volledige) compensatie van de btw op de jaarcontributie van de VNG ter discussie.

Het gerechtshof onderschrijft het oordeel van de rechtbank over de re-integratietrajecten volledig. De gemeente heeft dus een volledig recht op een bijdrage van de btw die voor de re-integratietrajecten in rekening wordt gebracht.

De gemeenteraad heeft aan een gewezen wethouder een wachtgelduitkering toegekend. Tevens heeft de gemeente een outplacementtraject ingekocht om de gewezen wethouder (sneller) aan het werk te helpen. Het gerechtshof oordeelt dat onder deze omstandigheden niet kan worden volgehouden dat de gemeente de outplacementkosten heeft gemaakt en betaald met als gevolg dat moet worden gesproken van een dienst die ter beschikking wordt gesteld aan een of meer individuele derden. Het gerechtshof verwijst ook naar de bepalingen van het BUA, waarin is opgenomen dat de aftrek van voorbelasting voor outplacementkosten niet is uitgesloten.

Ten slotte heeft de gemeente, ook gelet op de betwisting door de inspecteur, voldoende aannemelijk gemaakt dat de diensten van de VNG volledig worden gebruikt voor haar overheidshandelingen, en dus volledige compensatie aan de orde is.

Omdat de gemeente op de inhoudelijke punten volledig gelijk heeft gekregen, is de vraag of extrapolatie is toegestaan, niet door het gerechtshof beantwoord. Het oordeel van het gerechtshof houdt namelijk in dat de gemeente de btw terecht heeft gecompenseerd en dus helemaal geen fouten heeft gemaakt. Extrapolatie is dan niet aan de orde. Wij blijven overigens van mening dat extrapolatie in beginsel niet mogelijk is en adviseren gemeenten zeer terughoudend te zijn indien bij een controle sprake is van het extrapoleren van resultaten van het boekenonderzoek naar niet onderzochte jaren.

Wat betekent deze uitspraak voor uw gemeente?

De uitspraak van het gerechtshof maakt opnieuw duidelijk dat de uitkomsten van een boekenonderzoek niet zonder meer door een gemeente moeten worden geaccepteerd. Het voeren van een goede bezwaar- en of beroepsprocedure is in veel gevallen lonend. De aan het gerechtshof voorgelegde geschilpunten zullen zich bij elke gemeente kunnen voordoen. Het belang voor de kosten van re-integratie is evident.

Inmiddels heeft zowel de rechtbank Den Haag als het gerechtshof Den Haag bij herhaling duidelijk gemaakt dat de btw op re-integratietrajecten volledig compensabel is. Het is nog even afwachten of de Staatssecretaris beroep in cassatie zal instellen tegen de uitspraak van het gerechtshof.

De uitspraak van het gerechtshof betekent niet zonder meer dat alle btw die voor de uitvoering van de Wet werk en bijstand in rekening wordt gebracht, volledig compensabel is. Inhoudelijk onderzoek blijft noodzakelijk om vast te stellen of toch sprake is van individuele verstrekkingen, bijvoorbeeld de verstrekking van sportabonnementen.

Voor zover geen definitieve afspraken met de Belastingdienst zijn gemaakt over de compensatie bij re-integratietrajecten, kunnen gemeenten ook voor het verleden nog een verzoek doen om volledige compensatie voor de re-integratietrajecten te krijgen. Wel geldt een verjaringstermijn van vijf jaar, zodat een verzoek voor het jaar 2013 voor het einde van 2018 moet zijn ingediend.

Caraad Belastingadviseurs kan uw gemeente helpen om vast te stellen of en in welke mate uw gemeente een extra bijdrage uit het BCF voor de re-integratietrajecten kan krijgen. Tevens kan Caraad Belastingadviseurs ervoor zorg dragen dat een verzoek op juiste wijze wordt ingediend. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met onze adviseurs.

[Bron: Uitspraak]