Subsidies en btw. Bijdragen hogescholen aan woningcorporatie in bekostiging studentenhuisvesting géén prijssubsidie.
Uitspraak: Hoge Raad 10 januari 2014, zaaknr. 11/04916
In deze procedure draaide het om de vraag of onder de noemer van ‘subsidie’ of ‘bijdrage’ door een tweetal hogescholen aan een woningcorporatie verstrekte bedragen waren aan te merken als vergoedingen waarover btw verschuldigd was. De woningcorporatie had in de stad waar de hogescholen gevestigd waren huisvesting gerealiseerd voor buitenlandse studenten van de beide hogescholen. In de samenwerkingsovereenkomst tussen de hogescholen en de woningcorporatie was vastgelegd dat de corporatie recht had op een ‘exploitatiebijdrage’ en op een ‘vergoeding leegstand’. De eerste bijdrage was een tussen partijen overeengekomen bijdrage van de hogescholen in het (voorzienbare) exploitatietekort op de exploitatie van de studentenkamers. De tweede bijdrage was een compensatie door de hogescholen in geval er sprake zou zijn van een bepaalde mate van leegstand. De rechtbank in Leeuwarden oordeelde dat de beide bijdragen waren onderworpen aan het algemene btw-tarief (destijds 19%). In hoger beroep oordeelde Gerechtshof Leeuwarden dat de bijdragen waren aan te merken als prijssubsidies, die hetzelfde fiscale lot delen als het btw-regime dat op de huur van de kamers zelf van toepassing was. In dit specifieke geval was dat 6% btw.
De Hoge Raad tenslotte oordeelde dat dit oordeel van het Gerechtshof niet juist was, maar heeft zelf geen eindoordeel in de zaak gegeven. De Hoge Raad heeft het Gerechtshof in Den Bosch verzocht om te onderzoeken en te oordelen of er sprake is van een belastbare subsidie. De kern van de vraag die resteert is of de hogescholen als afnemer gezien kunnen worden van een dienst die de corporatie aan hen heeft verricht. Als deze vraag bevestigend wordt beantwoord, is er sprake van een belastbare subsidie. In het andere geval is er sprake van een onbelastbare bijdrage c.q. subsidie. Deze procedure illustreert de btw-problematiek bij gezamenlijke projecten van woningcorporaties, zorginstellingen, onderwijsinstellingen en/of gemeenten. Bedragen die onder de noemer bijdrage of subsidie worden verstrekt, kunnen onderworpen zijn aan btw-heffing. Wanneer men zich van meet af aan bewust is van dit risico, bestaan er in de praktijk echter vaak goede manieren om dit risico op voorhand uit te sluiten.
Dit bericht verscheen in de Nieuwsbrief Btw en Overdrachtsbelasting nr. 5 van maart 2014 van de Adviesgroep Indirecte Belastingen van Caraad Belastingadviseurs.